Wat is een stamboom?

Wat is een stamboom?

Er wordt op deze website nogal veel over een ‘stamboom’ gesproken, maar wat is dat eigenlijk? Een stamboom is een grafische weergave van je familieleden in de vorm van een boomstructuur.

In bovenstaande afbeelding heeft Silvijn twee ouders, Sem en Sanna. De verbinding tussen Silvijn en een van zijn ouders noemen we een tak. En die takken verspreiden zich in twee richtingen, van Silvijn richting Sem of Sanna gaan de takken richting de voorouders. En bij Sem of Sanna richting Silvijn spreken we over de afstammelingen.

Het idee van stamboomonderzoek is om zoveel mogelijk voorouders te vinden en die in de stamboom te beschrijven. Daar zit een einde aan omdat niet alle voorouders netjes zijn beschreven in het verleden, de boekdrukkunst is bijvoorbeeld pas in 1450 uitgevonden door Johannes Gutenberg. En hoewel voor die tijd allang geschreven werd, gold dat doorgaans niet voor het vastleggen van namen van personen.

De oudste voorouder of echtpaar die we vinden kunnen noemen we de proband. Die is dan het uitgangspunt van waaruit we alle afstammelingen gaan zoeken. Naar beneden toe waaiert de stamboom dus steeds breder uit, maar niet alle takken hebben nageslacht en die stoppen op dat moment met vertakken.

Dat is in bovenstaande afbeelding het geval met Seppe. Voor alle duidelijkheid, de stamboom geeft alleen weer welke afstammelingen we hebben kunnen vinden! Het kan zijn dat Seppe wel degelijk kinderen heeft, maar die zijn tijdens het onderzoek niet gevonden. Het loont daarom om in meerdere bronnen te zoeken en het niet bij een te laten.

Methode d’Aboville

Naarmate de stamboom groeit neemt ook de behoefte toe om er de weg in te vinden. Er zijn meerdere systemen bedacht, we noemen er hier een. In 1940 is door Jacques d’Aboville (een Franse genealoog) een systematiek ontwikkeld die de methode d’Aboville wordt genoemd en het is een decimaal systeem. De nummering begint met de oudst bekende voorouder die nummer 1 krijgt. Aan elke directe nakomeling wordt dan het nummer van de vader of moeder gegeven, gevolgd door een eigen nummer dat de geboortevolgorde van deze nakomeling weergeeft. Als er sprake is van meerdere huwelijken, gebruikt men een kleine letter van het alfabet (a voor een eerste huwelijk, b voor een tweede,. . . ) .
Wanneer men het aantal cijfers in een getal ziet, weet men het aantal generaties dat een nakomeling verwijderd is van diens oudst bekende voorouder.
Voorbeeld:

  1. Voorouder
    1.1 Kind
    1.1.1. Kleinkind
    1.1.1.1. Achterkleinkind
    1.1.1.2. Achterkleinkind
    1.1.2. Kleinkind
    1.1.2.1. Achterkleinkind
    1.2. Kind
    1.2.1. Kleinkind
    1.2.2. Kleinkind
    1.2.3. Kleinkind

De volgordenummers worden gevormd door de volgorde van geboorten binnen een familie, ongeacht of het jongens of meisjes zijn. Als tweede voorbeeld nemen we nummer 114.162.C41.92. Dit nummer bevat de letter C dat als afkorting wordt gebruikt voor het getal 12. Aan de hand van dit nummer kunnen we met de methode d’Aboville vaststellen welke afstammeling van de proband, dus de oudste voorvader, hier bedoeld is.

Wanneer meerdere mensen aan een stamboom werken hoeven ze aan elkaar alleen dit nummer door te geven. Bijvoorbeeld: “Hoi, ik heb een dochter gevonden van 114.162.C41.92”. Dat praat een stuk makkelijker dan een lang verhaal van het begin van de stamboom naar het einde.

Een nummersysteem is ook belangrijk wanneer de hele stamboom wordt uitgeschreven of geprint, anders wordt de tekst snel onleesbaar door het grote aantal afstammelingen. Dat is goed te zien in deze waaiergrafiek:

Een gedeelte van stamboom Sparreboom is op deze website gepubliceerd. Daarin is geen nummering opgenomen, die wordt alleen toegevoegd tijdens het maken van rapportages. Neem eens een kijkje!